Valincidenten bij ouderen

Valincidenten bij ouderen

Vallen is de meest voorkomende oorzaak van een fractuur. Vooral bij ouderen. Daarom is het voorkomen van valpartijen belangrijk. Veel ouderen zijn bang om te vallen, en niet zonder reden. Van de ouderen die thuis wonen, valt ongeveer eenderde minstens eenmaal per jaar. Ouderen die in een ziekenhuis liggen of in een verzorgingshuis wonen, vallen nog vaker.

Verlies zelfvertrouwen
Een val veroorzaakt vaak verwondingen. Sommige daarvan, zoals een gebroken heup, kunnen ernstig zijn. Angst om te vallen kan tot problemen leiden. Mensen kunnen zich ongerust maken over het uitvoeren van hun dagelijkse bezigheden en zo hun zelfvertrouwen en zelfs hun zelfstandigheid verliezen. Ouderen kunnen er veel aan doen om hun angst te overwinnen en het risico op vallen te verkleinen. Het begint met het op de hoogte zijn van de mogelijke oorzaken.

Lichamelijke toestand, omgevingsrisico’s, gevaarlijke situaties
Iemand kan vallen vanwege zijn lichamelijke toestand, omgevingsrisico’s of mogelijk gevaarlijke situaties. Vaak is er sprake van een combinatie. Voorbeeld: meneer Jansen heeft ziekte van Parkinson en ziet slecht (de lichamelijke toestand). Hierdoor struikelt hij over een verlengsnoer (een omgevingsrisico), terwijl hij zich haast om de telefoon op te nemen (een mogelijk gevaarlijke situatie).

Groot valrisico
Een minder goede lichamelijke toestand leidt niet alleen tot een groter valrisico, maar is ook van invloed op hoe iemand reageert op omgevingsrisico’s en gevaarlijke situaties. Omgevingsrisico’s zijn onder andere:

• Slechte verlichting
• Losse kleedjes en gladde vloeren
• Elektrische kabels, verlengsnoeren of voorwerpen in het looppad
• Hobbelige trottoirs en gebroken stoepranden

Binnenshuis
De meeste valincidenten doen zich binnenhuis voor. Soms valt iemand die stilstaat. Soms is een val het gevolg van flauwvallen. De meeste valincidenten doen zich echter voor bij mensen die in beweging zijn, bijvoorbeeld als zij uit bed of van een stoel of het toilet overeind komen. Als ze lopen of als ze een trap op of af gaan. Iemand die in beweging is, kan struikelen, uitglijden of zijn evenwicht verliezen. Elke willekeurige beweging kan gevaar opleveren. Als iemand zich haast of als zijn aandacht is afgeleid, kan beweging zelfs nog meer gevaar opleveren.